De Drentsche Aa: Hotspot biodiversiteit onder druk
Het Eexterveld is het op één na grootste Heischraalgrasland van Nederland. Toch is het duurzaam behoud ervan allerminst gegarandeerd.
Het Eexterveld is het op één na grootste Heischraalgrasland van Nederland. Toch is het duurzaam behoud ervan allerminst gegarandeerd.
In 1982, 1995 en 2015 hebben Groningse eco-hydrologen de vegetatie in heel de Drentsche Aa gekarteerd.
Op basis hiervan kunnen we een balans opmaken van hoe het gebied zich heeft ontwikkeld in de afgelopen 40 jaar. In een reeks van zeven Storymaps verkennen we het gebied en gaan we kijken hoe het reageert op milieu-uitdagingen, zoals vermesting door instroom van vervuild landbouwwater, stikstof uit de lucht en verzuring en verdroging als gevolg van grondwateronttrekking (t.b.v. de landbouw en drinkwater).
(Voor de beste ervaring raden wij u aan deze Storymap vanaf een PC of Tablet te openen.)
Positieve en negatieve ontwikkelingen per deelgebied van de Drentsche Aa, in de periode 1982 - 2015. Het Eexterveld heeft zich zeer gunstig ontwikkeld maar kent lokale uitdagingen.
Bij met Blauwe Knoop (Succisa pratensis)
In deze derde Storymap bezoeken we het Eexterveld. Ingrijpende en kostbare herstelmaatregelen hebben zowel de kwaliteit van bestaande Blauwgrasland typen als het Heischraalgrasland en Veldrusschraalland sterk verbeterd.
Maar hoe duurzaam is dit herstel eigenlijk? Delen van dit gebied blijven achter en hier zien we tekenen van verdroging en eutrofiering vanuit omliggende landbouwenclaves. Wij gaan kijken hoe:
Het Eexterveld één van de grootste Heischraalgraslanden van Nederland en kent de hoogste beschermingsgraad binnen de Drentsche Aa. Concreet betekent dit dat er gewerkt moet worden aan herstel van natuurlijke waterstromen. Zowel de kwaliteit als de stand van het grondwater en het oppervlaktewater zijn daarbij belangrijk. En binnen de Natura2000-gebieden moet ook gewerkt worden aan: herstel van gradiënten en mozaïeken van verschillende onderdelen met name t.b.v. Heischraalgraslanden, Blauwgraslanden en Vochtige alluviale bossen.” (Ministerie van LNV, 2006)”. In het Heischraalgrasland van het Eexterveld treffen we in augustus grote aantallen bloeiende Klokjesgentiaan, Blauwe knoop en Tormentil aan, in het voorjaar ook Heidekartelblad en Gevlekte orchis.
We zetten de auto neer bij de parkeerplaats en trekken onze wandelschoenen aan.
We nemen u opnieuw mee op excursie. We starten in een veld van Blauwe knoop en Klokjesgentiaan en komen achtereenvolgens Tormentil en Heidekartelblad tegen.
Hiervoor zien we u graag in de 3D-omgeving hieronder. U kunt volgende interactieve objecten tegenkomen:
Tevens kunt u met uw muiswiel in- en uitscrollen om de vegetatie in meer detail te zien.
We lopen telkens links van de witte borden.
Voordat we de looproute verder aflopen naar het naburige landbouwgebied, en verder ingaan op de bedreigingen van het Eexterveld, staan we even stil bij wat we nu gezien hebben en zoeken we een verklaring voor hoe grote delen van het Eexterveld zich van Bloemrijkgrasland hebben kunnen ontwikkelen tot Blauwgrasland.
Ontwikkeling Eexterveld: van Bloemrijk hooiland (links; met Scherpe boterbloem, Witbol en Smalle weegbree) naar Blauwgrasland (rechts; met Spaanse ruiter en Klokjesgentiaan)
Het Eexterveld is één van de grootste Heischraalgraslanden in Nederland die goed ontwikkeld is; wat betekent dat er veel zeldzame soorten kunnen groeien. De biodiversiteit, ook van insecten, is heel hoog. Dit terwijl het reservaat nog omringd wordt door landbouwgebied dat intensief wordt bemest.
Het Eexterveld (zwart omkaderd) ligt in een Oorsprongsgebied met smalle geultjes en ondiepe droogdalen die water afvoeren naar een Bovenloopje (Scheebroekenloopje). Op zijn beurt mondt dit beekje uit in het Rolderdiep, een centrale Middenloop.
Het reservaat Eexterveld ligt op de rand van een gebied met dikke potklei in de ondergrond, soms dikker dan 20 meter. Dit maakt dat het regenwater niet snel naar beneden kan stromen; dus in de winter en voorjaar is het gebied kletsnat, hoewel het hoog in het landschap ligt. Sporadisch komt er in het gebied ook nog wat keileem voor, wat ook bijdraagt aan de nattigheid. Echter, aan de randen van een potkleigebied zijn de afzettingen veelal zandig en plaatselijk lemig. Dit betekent dat er geen sprake is van aaneensluitende klei - en leemlagen. De tussenliggende zandige stukken zorgen voor lekkages in de ondergrond. Zand is goed doorlatend en het grondwater aan het oppervlak kan dan uit het reservaat ontsnappen naar omliggende sloten of naar de diepere ondergrond.
De hoogtekaart laat zien dat het Eexterveld afwatert naar de Drentse Aa en dat er een vrij diepe laagte aanwezig is midden in het reservaat.
Op de hoogtekaart is ook duidelijk te zien dat aan de oostzijde van het reservaat een zeer diepe landbouwsloot ligt (geel van kleur).
Het is dus niet uitgesloten dat het Eexterveld hydrologisch een “gatenkaas” is, en dat het grondwater in de bovenste bodemlagen niet goed wordt vastgehouden. Daardoor kan er meer zuur regenwater de grond in dringen en valt het gebied in droge perioden eerder droog dan goed is voor de schraallandvegetatie met zeldzame soorten. Meer zuur regenwater betekent dat zuur bufferende stoffen uit het grondwater en uit de leemlagen sneller uitspoelen naar de ondergrond. Met name de toplaag, waar vegetatie groeit, is erg gevoelig voor verzuring. En als dat gebeurt dan is het gedaan met de meeste soorten van het Heischraalgrasland. De herstelmaatregelen hebben dan slechts een tijdelijk effect. Daarnaast wordt grondwater onttrokken via landbouwsloten. De uitgevoerde herstelmaatregelen zijn, als het basenhoudende grondwater weglekt naar de omgeving, veel minder duurzaam dan ze zouden zijn, zonder die lekkage naar de landbouwsloten.
Wat de zaak verergert is dat in de 80er jaren men het een goed idee vond om het vervuilde landbouwater ondergronds af te voeren naar de laagste plek in het reservaat. Als gevolg hiervan werd die veenlaagte (het Scheebroek, ook wel "het Ei" genoemd) veel natter en bleef ook de omgeving van het Ei 's zomers wat natter. Maar het vervuilde oppervlaktewater had ook tot gevolg dat de vegetatie sterk verruigde en dat de mogelijkheden om hier ook een duurzaam schraalland te ontwikkelen teniet werd gedaan.
Diverse lokale grondwaterstromen zijn afhankelijk van de aanwezigheid van dikke potkleilagen, maar zijn kwetsbaar voor lekkage naar omliggende landbouwsloten indien de leemlagen dun zijn en niet aaneengesloten. Wij denken dat dit laatste het geval is. De stippellijn aan het oppervlak geeft de ondergrondse leiding weer waardoor vuil oppervlaktewater in de laagte van het Eexterveld loopt.
We vervolgen onze excursie door het Eexterveld en lopen over een karrenspoor met aan weerskanten houtwallen door naar de grens van het natuurgebied met de landbouwkavels.
Er is veel tijd en energie stoken in herstelmaatregelen. Eerst werd ingezet op begrazing, maar dit voert de nutriënten niet af. Daaropvolgende maatregelen waren het dichtgooien van ondiepe greppels en het op grote schaal plaggen van de voedselrijke toplaag van de voormalige landbouwpercelen. Dit heeft veel bijgedragen aan het opnieuw ontwikkelen van een zeldzaam en in Nederland vrijwel uitgestorven vegetatietype.
Aangekomen bij het einde van de looproute staan we nu op de grens van het natuurgebied en landbouwgebied. We bezoeken nog drie laatste plekken waar we het afwateringsstelsel in het landbouwgebied gaan bekijken.
Om de positieve ontwikkeling van het Heischraalgrasland en ook van het Blauwgrasland van het Eexterveld duurzaam in stand te houden, is het noodzakelijk om te voorkomen dat grondwater weglekt naar het landbouwgebied en ook dat het met voedingstoffen verrijkte slootwater niet in het reservaat zelf wordt geloosd. De potkleilagen/keileemlagen zijn niet overal aanwezig of te dun om lekkage naar de landbouwgebieden te voorkomen. Vooral aan de oostzijde van het reservaat gaat grondwater verloren dat nodig is om gedurende droge perioden de waterstanden op peil te houden.
In het reservaat en ook daarbuiten moet preciezer gekeken worden naar hoe de leemlagen lopen en hoe dik ze zijn. Dat moet met werkelijke grondboring worden geverifieerd.
Om de plagmaatregelen in het reservaat effectief te laten zijn, moeten in ieder geval de direct aan het reservaat grenzende ontwateringsloten (binnen 10 meter) worden gedicht en ook de ondergrondse afwatering dwars door het reservaat zou moeten worden gesloten, zodat op termijn ook herstelmaatregelen in de lage delen van het reservaat kunnen worden uitgevoerd (ondiep plaggen van de hele kom).
Een robuust en biodiverse ecosysteem heeft waarde in zichzelf, maar heeft ook betekenis voor de landbouw (pollinatie, plaagbestrijding, gezond bodemleven), zelfreinigend vermogen voor grond- en drinkwater, etc. In een volgende Storymap gaan we verder in op het beekherstel, zelfreinigend vermogen (zuiveringsmoerassen) en wat de impact van de aanwezigheid van bevers in het gebied is.
Voor een compleet overzicht van alle bevindingen voor het hele stroomdal kunt u het onderzoeksrapport rapport '35 jaar beheer Drentsche Aa' downloaden: