Winterwaterbeeld

Geactualiseerd op 20-03-2025
Welkom bij het winterwaterbeeld van Waterschap Noorderzijlvest. Je leest hier meer over hoeveel regen er viel en wat we met het waterbeheer doen.
foto: Polder Oude Weer
Samenvatting
2025 begint relatief droog. In januari viel ongeveer net zoveel neerslag als normaal. Wel viel het meeste van die neerslag in de eerste week van het nieuwe jaar. In februari viel ruim de helft minder en ook in maart is tot nu toe weinig neerslag gevallen.
In de grond zit nog wel veel water wat langzaam naar de watergangen stroomt. We verhogen stapsgewijs de peilen bij onze stuwen en gemalen zodat we het water zoveel mogelijk vast kunnen houden.
Eind februari zijn we begonnen met de aanvoer van water naar de kust. Het water in de watergangen langs de kust is zout. Om in het groeiseizoen voldoende zoet water beschikbaar te hebben beginnen we in het voorjaar met het wegspoelen van dat zoute water. In het voorjaar doen we dat met water wat we anders via het Lauwersmeer afvoeren naar zee. Nu wordt dat water op twee andere plekken op zee geloosd en fungeert op die manier ook als lokstroom voor de intrek van vis.
Op 19 maart is op verzoek van Hunze en Aa's begonnen met de aanvoer van water naar Groningen. Via inlaat Gaarkeuken komt dat water via Friesland ons gebied binnen. Gemaal Dorkwerd voert dat water weer door neet het gebied van Hunze en Aa's. Sinds 20 maart wordt ook water aangevoerd naar Drenthe omdat waterstanden daar beginnen te zakken.
Bij de sluizen en gemalen aan zee houden we rekening met het intrekken van vis door tijdens afgaand tij de spuikokers open te zetten zodat vissen makkelijker naar binnen kunnen zwemmen.

Weerbeeld
Neerslag deze maand
In februari viel beduidend minder neerslag dan normaal en was daarmee relatief droog. Er viel tussen de 13 en 21 millimeter neerslag waar normaal ongeveer 60 millimeter neerslag valt.
Door met de slider aan heen en weer te bewegen wordt de maandsom van afgelopen maand ten opzichte van de normaal voor die maand zichtbaar.
Neerslag dit jaar
2025 begint droog. De meeste neerslag van dit jaar viel in de eerste weken van het nieuwe jaar. Zowel in februari als maart viel weinig neerslag.
Het KNMI berekent elke 10 jaar over de afgelopen 30 jaar de langjarige gemiddelden. Dit worden de 'klimaatnormalen' genoemd. Meer informatie over de klimaatnormalen vind je op de website van het KNMI.
Winterbeeld Noorderzijlvest
Waterbeheer
- De waterstanden zijn normaal voor de tijd van het jaar.
- We zetten de peilen van de gemalen en stuwen stapsgewijs hoger om zo water vast te houden. In het groeiseizoen hanteren hogere peilen om zo te zorgen voor voldoende water.
- De afvoer bij de Cleveringsluizen was in februari lager dan normaal. Ook in maart is nog niet zoveel water afgevoerd. Doordat het weinig regent hoeven we minder overtollig water af te voeren.
- Het meeste water dat we bij de Cleveringsluizen afvoeren, is afkomstig uit Friesland. Voor een deel is dit neerslag; bij rustig weer spoelt Wetterskip Fryslân de Friese boezem door met IJsselmeerwater om de waterkwaliteit te verbeteren.
- Eind februari zijn we begonnen met het wegspoelen van het zoute water langs de kust. Hiervoor gebruiken we overtollig regenwater wat nu via de kustpolders wordt afgevoerd naar zee. Op die manier zorgen we voor een lagere zoutconcentratie en tegelijkertijd fungeert dat water als lokstroom voor de visintrek.
In deze grafiek is de afvoer bij de Cleveringsluizen ten opzichte van het 5-jarig gemiddelde zichtbaar.
Water vasthouden
Meestal is er in de winter meer water dan we vast kunnen houden. Daarom voeren we veel overtollig water af. We kunnen dus niet alle gevallen neerslag vasthouden zonder dat daarbij de oppervlaktewaterstanden te ver stijgen. Over hoe hoog het water komt, maken we afspraken met de omgeving. We kunnen in het watersysteem daarom maar beperkt water vasthouden. Anders ontstaat overlast.
In de beeksystemen en De Onlanden proberen we wel zoveel mogelijk regenwater vast te houden. Dat kan echter beperkt. Bij veel neerslag kan het gebeuren dat beken buiten hun oevers treden. Zo wordt het water vertraagd afgevoerd en krijgt het de tijd om in de bodem te zakken.
Door de slider heen en weer te bewegen wordt het verschil zichtbaar tussen de waterlopen Het Groote Diep en het Oostervoortsche Diep: Links de situatie in 2008 en rechts de situatie in 2019.
Zelf op de kaart door de tijd heen reizen? ga naar Topotijdreis
Waterafvoer
Door overtollig water af te voeren voorkomen we dat waterstanden te ver stijgen. Zo proberen we overlast zoveel mogelijk te voorkomen. We kunnen het overschot aan water op 4 plekken kwijt op de Waddenzee. Op de kaart links met de klok mee: bij de R.J. Cleveringsluizen en bij de gemalen Noordpolderzijl, Spijksterpompen en De Drie Delfzijlen.
Bij de drie gemalen wordt het water verpompt. Ook wanneer de waterstand op zee hoog is kunnen we hier het overtollige water kwijt. Bij extreem hoge zeewaterstanden duurt het alleen wat langer. Bij de gemalen de Drie Delfzijlen en Spijksterpompen kunnen we ook onder vrij verval het water op zee lozen. Om slim om te gaan met energie spuien we als het kan en pompen we als het moet.
Bij de Cleveringsluizen hebben we geen mogelijkheid om het water weg te pompen. Hier kunnen we het water alleen kwijt als de waterstanden op de Waddenzee lager zijn dan de waterstanden op het Lauwersmeer.
Op de kaart aan de linkerkant zijn de verschillende stroomgebieden weergegeven. Je kunt in- en uitzoomen. Op een aantal van de icoontjes op de kaart kun je klikken. Er verschijnt dan een pop-up met de waterstanden bij het betreffende gemaal, sluis of meetpunt.
Waterafvoer: Lauwersmeergebied
Het Lauwersmeer maakt als bergboezem onderdeel uit van onze Electraboezem. De Electraboezem is onze grootste boezem: een stelsel van diepen en kanalen en dé plek met veel water.
Het lozen van water bij de R.J. Cleveringsluizen gebeurt onder vrij verval. Dit noemen we 'spuien'. Dat betekent dat het water vanzelf uit het Lauwersmeer de Waddenzee op stroomt als het verschil in waterstanden groot genoeg is. Als de waterstanden op zee te hoog zijn, werkt dat niet. Het Lauwersmeer is voor het waterbeheer een belangrijk gebied: het fungeert als bergboezem voor een groot deel van het water uit Friesland, Groningen en Noord-Drenthe. Als de waterstanden op zee langdurig hoog zijn, koppelen we het Lauwersmeer af van de Electraboezem. Dan pompen we water met onze boezemgemalen De Waterwolf en HD Louwes uit de Electraboezem op het Lauwersmeer. Tijdens het afgelopen najaar en het begin van de winter was het tij slecht en moeten de boezemgemalen draaien. Doordat we het water tijdelijk parkeren op het Lauwersmeer stijgt daar de waterstand. In het achterland houden we zo droge voeten. Zo bleef de situatie de afgelopen maanden beheersbaar. Als de waterstanden op de Waddenzee weer laag genoeg zijn, laten we het water uit het Lauwersmeer wegstromen naar zee.
Tijdens de vismigratieperiodes spuien we visvriendelijk. Migrerende vissoorten zoals de glasaal krijgen de gelegenheid het Lauwersmeer op te zwemmen en ons gebied in te trekken. We wachten dan niet met spuien tot de waterstand op zee lager is dan op het Lauwersmeer, maar zetten de deuren al open bij een gelijke waterstand. Vissen krijgen dan de mogelijkheid het meer op te zwemmen.
Door de slider heen en weer te bewegen zie je hoe de Electraboezem van het Lauwersmeer afgekoppeld wordt bij langdurig hoge waterstanden op zee.
Water bergen
Soms valt extreem veel neerslag en kunnen we het water niet goed afvoeren naar zee. Om in dat soort situaties te voorkomen dat er een gevaar voor de waterveiligheid ontstaat, zijn er waterbergingen aangelegd. De veiligheid komt in het geding als de druk op dijken en kades te groot kan worden door grote hoeveelheden water. Waterbergingen gebruiken we om de piekbelastingen op te vangen. Zo ontzien we ons watersysteem. Als het weer kan, voeren we het water geleidelijk af naar de Waddenzee.
In de afgelopen periode was er geen sprake van waterstanden die een gevaar vormen voor de waterveiligheid. Daarom zijn de waterbergingen niet ingezet.
Het water houden we niet langdurig vast in deze waterbergingen. Daar zijn ze niet op ingericht. Als we dat wel zouden doen, kan de natuur zich in die gebieden niet herstellen en verder ontwikkelen.
Luchtfoto van waterberging de Dijken-Bakkerom. De foto is een aantal weken na inzet van de berging (in februari 2022) genomen. Destijds was de waterveiligheid als gevolg van een piekbelasting in korte tijd wél in het geding. Nu was dat níet het geval: de neerslag kwam gedurende een lange periode in flinke hoeveelheden naar beneden. Door de boezemgemalen continu te laten draaien, bleef de situatie beheersbaar en was de extra inzet van waterbergingen deze keer niet nodig.
Meer weten over water vasthouden, afvoeren en (tijdelijk) bergen? Bekijk dan deze film: 'De loop van ons water'.
Grondwaterstanden
In de winter vindt er een aanvulling van het grondwater plaats. Dit komt door de neerslag die valt en doordat er nauwelijks verdamping plaatsvindt. Afhankelijk van de grondsoort kunnen we met het oppervlaktewaterpeil niet of nauwelijks invloed uitoefenen op de grondwaterstand. De grondwaterstand wordt voornamelijk bepaald door neerslag en verdamping.
Een groot deel van het werkgebied van Noorderzijlvest heeft klei of zavel als ondergrond. Door de capillaire werking van deze grondsoort wordt water langer vastgehouden in de grond en sijpelt het niet direct door naar de diepe ondergrond of sloten. Op de kleigronden is de beïnvloeding van grondwater uit oppervlaktewater daardoor minimaal tot nihil. Noorderzijlvest meet hier dan ook geen grondwaterstanden. In het Drentse deel van het werkgebied meet Noorderzijlvest wel op meerdere plekken de grondwaterstanden.
De grondwaterstanden worden eens per kwartaal uitgelezen. Momenteel zijn grondwaterstanden hoger dan normaal. Dat kan leiden tot natte kelders en vocht onder de vloer. Hier kunnen wij als waterschap niks aan doen. De vele neerslag zorgt voor hoge grondwaterstanden. Een lager peil van het oppervlaktewater verandert de grondwaterstand niet of nauwelijks.
Als er gegevens beschikbaar zijn staan deze bij de betreffende locaties op de interactieve kaart rechts. De kleurweergave in de kaart betreft een index met maandgemiddelde. Waterschappen in het oosten en zuiden van het land hebben aangegeven dat de uitgangssituatie in hun beheergebied wat betreft grondwaterstanden momenteel natter is dan deze index weergeeft. Deze interactieve kaart is in opdracht van het Interprovinciaal Overleg en de Unie van Waterschappen ontwikkeld. Daarin staan grondwaterstanden van Waterschap Noorderzijlvest en ook die van andere waterschappen. Waterschap Noorderzijlvest beheert deze kaartapplicatie niet.
Meer weten over grondwater? Grondwater: wie wat waar?
Bijzonderheden
Overige bijzonderheden zoals calamiteiten of hoogwater op zee worden hier gemeld.
- geen bijzonderheden
Foto links: Dakrenovatie gemaal de Waterwolf (Electra)