

Om onze huidige welvaart en welzijn te kunnen garanderen, kiezen we voor een klimaatgezonde en duurzame toekomst. In die toekomstvisie houden we rekening met de ecosysteemdiensten en zetten we de transitie naar een circulaire samenleving in.

De sleutel van circulaire gebiedsontwikkeling is het optimaliseren van stromen. Reststromen van het ene productieproces kunnen de grondstof vormen van een ander. Wanneer we die stromen met elkaar verbinden, creëren we toegevoegde waarde.
De doelstellingen die we vooropstellen moeten we ruimtelijk gaan vertalen. Op een potentiekaart duiden we aan welke plekken potentieel hebben, gebaseerd op bepaalde ruimtelijke criteria en ruimtelijke strategieën om de doelstellingen te bereiken. Potentiekaarten vormen de basis voor de ambitiekaart, waarop aangeduid wordt welke plekken prioritair zullen zijn in de visie van het provinciebestuur.
Het verkorten en verduurzamen van stromen Bv: uitwisseling van restproducten binnen een bedrijvencluster, verplaatsingen naar voor-zieningen verkorten door kernversterking.
- mobiliteitstroom
- energiestroom
- waterstroom
- voedselstroom
- materialenstroom
We baseren ons hiervoor op onze dynamische circulaire atlas. In deze atlas verzamelen we de gebiedsdekkende kaartlagen voor de provincie, die ons informatie verschaffen over de positie van: > de dragers van de stromen > de producenten de stromen > de consumenten de stromen > de verwerkers de stromen > de winning van grondstoffen en hulpbronnen.
Een HUB creëren is onderhevig aan randvoorwaarden. Naast ruimte voor maatschappelijke activiteiten willen we ook ruimte vrijhouden voor biodiversiteit en de ecosysteem- diensten. Om deze balans te bewaren worden de potentiekaarten van strategische plekken naast de ambitiekaart van de robuuste natuurgehelen gelegd. Strategische plekken die in deze robuuste open ruimte liggen worden niet weerhouden.
Aan de ruimtelijke criteria voor deze plekken wordt nog volop gesleuteld, maar hier is alvast een eerste aanzet.
Door deze activiteiten te herlokaliseren — binnen het huidige ruimtebeslag — maken we plaats voor strategische plekken en open ruimte. Dit vormt de belangrijkste uitdaging voor ons transformatiebeleid.
We houden de ruimtelijke kwaliteit van de plek erg hoog door ook op deze plekken te streven naar een klimaatadaptieve inrichting. Buiten deze strategische plekken organiseren we de ruimte optimaal in functie van de productie van ecosysteemdiensten en het behoud van natuur en biodiversiteit.