Begin bij de bodem!

Inspiratie voor een toekomstbestendige inrichting van het beeklandschap in Brabant

Verdroging komt steeds vaker voor, waardoor er meer water aan de bodem wordt onttrokken dan aangevoerd. Dat brengt de toekomst van landbouw en natuur in Noord-Brabant in gevaar. Door duurzame landbouwvormen slim in te passen kan de productiviteit en natuurwaarde van Brabant worden behouden. De grond en het water bepalen welke gewassen er groeien.

Begin bij de bodem. Zo ontstaat er een toekomstbestendig landschap waarin zowel natuur als landbouw tot bloei kan komen.


{Brabant}| van: braec bant • drassig land

In Brabant was er eeuwenlang water in overvloed. De mens heeft het land naar z’n hand gezet. Zo is Brabant veranderd van een ondoordringbaar moeras naar een gecultiveerd landschap, waar landbouw en natuur strijden om hun bestaansrecht.

Brabant anno nu

Landbouw is van oudsher belangrijk voor de boeren in Brabant. Om vroeg in het jaar met zware landbouwmachines het land te kunnen bewerken, moet het grond- en regenwater zo snel mogelijk afgevoerd worden. Om dat water naar zee te leiden, werden er sloten en kanalen gegraven. Meanderende beken werden rechtgetrokken om het water sneller af te voeren. Maar wat er te veel wordt afgevoerd in de winter, komt het land in de zomer tekort. Zeker nu er door klimaatverandering in de zomer minder regen valt. Dat is een probleem voor de landbouw én voor de natuur.

“Een regendruppel die in Brabant valt, is binnen 5 dagen een waterdruppel in de Noordzee” - Menno Bentveld

Brabant heeft dorst

Het land wordt besproeid met water uit de beek of diep uit de grond.

De verlaging van de grondwaterstand heeft gevolgen voor de natuur. Verlies van diversiteit in het landschap heeft geleid tot verlies van diversiteit van planten en diersoorten.

Veel beken hebben hun natuurlijke staat verloren

Spons

Een gezonde bodem werkt als een spons. De Brabantse bodem is helemaal uitgeknepen en heeft zijn sponswerking grotendeels verloren.

Een tekort aan water is een probleem voor de boer én voor de natuur

Het watersysteem moet weer in balans komen. We moeten weer met de seizoenen meebewegen.

Iedereen wil iets van het water

Het watersysteem is niet houdbaar voor de toekomst. Aan de ene kant wordt er voor veel doeleinden water uit het systeem onttrokken. En aan de andere kant is er minder water beschikbaar door steeds drogere zomers. Het kost dan ook steeds meer moeite en geld om de huidige manier van produceren voort te zetten. Voor de boeren dreigt het gevaar van productieverlies. En de natuur takelt verder af.

Intensieve landbouw heeft jarenlang op de voorgrond gestaan. Bodem en grondwater én natuur en landschap zijn hierop aangepast.

Het landbouwsysteem staat nu op de voorgrond

Het huidige watersysteem is kapot. We moeten het systeem repareren en toekomstbestendig maken.


Visie

Om het systeem toekomstbestendig te maken, heb je eerst een visie nodig. Onze visie schetsen we hieronder. 

Bodem en grondwater

Bij de landschapsinrichting stellen we bodem en grondwater centraal. We streven naar herstel van de sponswerking van de bodem.

Landbouw

De bodemconditie en de grondwaterstand bepalen wat er op het land groeit. Bij de inrichting van het land maken we gebruik van (nieuwe) duurzame landbouwvormen.

Natuur & landschap

Als het waterpeil stijgt, kan de natte natuur zich herstellen.

Meekoppelkansen

De nieuwe balans heeft positieve neveneffecten, zoals:

  • Toerisme
  • Plezierig wonen
  • Schone leefomgeving

Voor een toekomstbestendige inrichting van de beekdalen in Brabant is het nodig om de bodem en het grondwater als uitgangspunt te nemen.

Kortom: begin bij de bodem en het grondwater.

De bodem en het grondwater nemen hier de centrale plaats in. Zij vormen het fundament en bepalen wat voor planten er groeien en dieren er leven

Wat er zich onder het land voltrekt, bepaalt wat er op het land gebeurt.

Inrichting stroomgebied van Aa of Weerijs

Om de mogelijkheden van landschapsinrichting in kaart te brengen, zoomen we in op een deelgebied: het stroomgebied van de Aa of Weerijs.

Stroomgebied van Aa of Weerijs

De beek Aa of Weerijs ontspringt op de hooggelegen zandgronden in Vlaanderen en komt ten zuiden van Zundert de grens over.

Impressie van de Aa of Weerijs en de omgeving

Huidig landgebruik

Hoe wordt het landschap in het stroomgebied van Aa of Weerijs op dit moment gebruikt? Naast akkerbouw, tuinbouw en boom- en sierteelt, is er in het gebied veel veeteelt en er ligt ook een groot natuurgebied.

Akkerbouw

Er is relatief weinig akkerbouw voor menselijke consumptie. De akkers die er zijn, liggen verspreid over het hele gebied.

Tuinbouw

De tuinbouwpercelen liggen verspreid aan de Nederlandse kant van het gebied.

Boom- en sierteelt

Er zijn opvallend veel kwekerijen voor boom- en sierteelt. Die liggen vooral rond Zundert.


Intensief grasland en veevoeders

Er zijn veel veehouderijen in het gebied, vooral in het Vlaamse deel. En om de koeien te kunnen voeren, wordt er veel mais verbouwd.

Natuur

Zowel in het Nederlandse als Belgische deel ligt een groot natuurgebied. Her en der verspreid liggen nog restanten van het oorspronkelijke landschap met moeras, heide en bos.

Wat gaat er mis?

Door het huidige landgebruik gaan er verschillende dingen mis:

Intensief grasland

  • Om het gras en de mais te kunnen besproeien, wordt er veel water gepompt uit de bodem en de beken.
  • De mest van de koeien bevat veel nutriënten waaronder stikstof. Deze stoffen hopen zich op, met negatieve gevolgen voor de natuur.

Hoogwaardige teelt

  • Voor hoogwaardige teelt, zoals akkerbouw, tuinbouw of boom- en sierteelt, heb je enorme hoeveelheden water nodig.
  • Voor teelten worden vaak veel bestrijdingsmiddelen gebruikt. Die spoelen uit in het watersysteem.

Natuur

    De natuur in het stroomgebied van Aa of Weerijs heeft “natte voeten” nodig. Maar door de wateronttrekking komen natuurgebieden in de zomer water tekort. Daardoor daalt de biodiversiteit en wordt de karakteristieke Brabantse natuur steeds schaarser.

Schets van het Brabantse landschap in 2050

Hieronder geven we een schets van het Brabantse beeklandschap in 2050.

Extensieve grootschalige veeteelt

De dierhouderijen zijn overgestapt op extensieve landbouw, waarbij ze weinig ingrepen doen in de natuur. Er lopen nog steeds koeien in de weiden, maar veel minder dan in 2021. De koeien eten vooral kruidenrijk gras. Daardoor verdwijnen veel velden met Engels raaigras en mais. De opbrengst verschuift van veel zuivel naar hoogwaardig vlees.

De koeien lopen in de weiden tussen de fruit- en notenbomen. Deze gecombineerde landbouwvorm heet ook wel agroforestry en leidt tot een gezonde bodem. 

Intensieve precisieteelt

Tuinbouw, akkerbouw en boom- en sierteelt zijn nog steeds een belangrijke landbouwvorm. Boomtelers die vlak langs de beek gevestigd waren, hebben hun land nu op hoger gelegen grond. Hun werk is milieuvriendelijker én efficiënter door onder andere druppelirrigatie en biologische bestrijders.

Op de plaatsen waar mais werd verbouwd, groeien nu gewassen zoals Sorghum. Dat gewas wordt ook als veevoer gebruikt. Het kost veel minder water om deze gewassen te telen.

Natuurlijke teelt

Boeren en tuinders stappen steeds meer over op natuurlijke teelt, zoals biologische tuinbouw en natuurinclusieve landbouw:

Biologische tuinbouw

Een aantal tuinbouwbedrijven is volledig overgestapt op biologische tuinbouw. Deze vorm van tuinbouw houdt de bodem in goede conditie.

Natuur inclusieve teelt

Een aantal boeren is overgestapt op natuurinclusieve landbouw. Daarbij vervaagt de grens tussen de natuur en landbouw. Grote grazers houden natuurgebieden open en zijn een bron van inkomsten voor de boer.

Natte landbouw

In de beekdalen heeft het water de vrije loop. In de overstromingsvlakte van de beek grazen koeien op het kruidenrijk grasland.

Er is geen intensieve landbouw meer langs de beek. Hierdoor zijn de beekdalen een stuk natter. Deze omstandigheden bieden nu ruimte voor natte teelt. Er wordt bijvoorbeeld lisdodde, riet en olifantengras verbouwd. Deze gewassen groeien in gebieden met een hoge grondwaterstand. Ze worden gebruikt in de bio-based industrie en als veevoer.

Natte teelt heeft een groot waterzuiverend vermogen en vormt daardoor een goede buffer tussen de intensieve landbouw en de beek. En lisdoddevelden leiden daarnaast tot een grote biodiversiteit en hebben ook voor de boer veel voordelen. Ga naar de factsheet om meer te leren over lisdodde en andere vormen van natte teelt:

Wat is er veranderd?

Als we het Brabantse beeklandschap zouden veranderen door bodem en grondwater centraal te stellen, komt het landschap er anders uit te zien. Ten eerste is het dan onderverdeeld in vier landschapstypen: beekdalen, het kampenlandschap, jonge heideontginningen en hoogveenontginning. Elk landschapstype draagt op een andere manier bij aan de waterhuishouding van het hele beeklandschap. Afhankelijk van het overkoepelende doel en de bodemeigenschappen van elk landschapstype kiezen we geschikte landbouwvormen.

Beekdal

De beek kan weer vrij meanderen. Natte teeltvelden kunnen de biodiversiteit versterken. Een bufferzone langs de beek dient als migratieroute en leefgebied voor de roerdomp en otter. Aan de rand van het beekdal staan lineaire houtwallen, waardoor ook de das zich door het gebied kan verplaatsen.

Het beekdal biedt mogelijkheden om water te bergen en vast te houden. Dat kan met waterdrempels langs de beek. De geleidelijke overgang tussen twee gebieden in het beekdal biedt mogelijkheden om verschillende gewassen naast elkaar te telen: een natte en semi-natte teelt. Het resultaat daarvan zijn dan langgerekte percelen die parallel lopen aan de beek.

Kampenlandschap

In het kampenlandschap worden nog steeds hoogwaardige teelten verbouwd. Boeren krijgen hier ruimte om uit te breiden. We vangen veel water op in reservoirs. Dit gebruiken we efficiënt waardoor we minder water aan de bodem en beken hoeven te onttrekken. Als we de biodiversiteit op akkerranden en bermen (en houtwallen in België) versterken, komen er meer natuurlijke bestuivers en biobestrijders. Deze kunnen de huidige chemische middelen vervangen.

In Nederland ligt de nadruk op hoogwaardige teelten. En in België worden meer droogteresistente akkerbouw- en voedergewassen geteeld.

Jonge heideontginning

Jonge heideontginning biedt veel kansen voor agroforestry: landbouw of veeteelt gecombineerd met boomgaarden. Kruidenrijk grasland en agroforestry zorgen voor een gezonde bodem. Van sloten maken we wadi’s waarin regenwater goed in de bodem kan infiltreren en het langer wordt vastgehouden. We versterken de biodiversiteit door grasland extensief te beheren. Agroforestry en natuurlijke akkerranden bieden leef- en migratiegebieden voor de das. Met de omvorming van sloten tot wadi’s ontstaan natuurlijke oevers, die geschikt zijn voor de boomkikker en kamsalamander.

Hoogveenontginning

In de lage delen van de hoogveenontginning kunnen we sloten dempen, waardoor het water niet wordt afgevoerd en we meer water kunnen vasthouden. Op de hogere plekken zal de waterbehoefte moeten worden verkleind. Dat kan door agroforestry toe te passen, waarvoor we geen water uit de bodem hoeven te onttrekken. In lager liggende delen verbouwen we natte teelten, zoals lisdodde.

Door natuurlijke akkerranden en landschapselementen aan te leggen, kunnen we de biodiversiteit versterken. Dat is ook goed voor de das. Door de teeltvelden te vernatten zal het hoogveen in de aangrenzende natuurgebieden zich kunnen herstellen. Dit biedt kansen voor de boomkikker en kamsalamander. De natte teeltvelden zelf vormen een leefgebied voor de roerdomp.

Klik op de pijl rechts van de afbeelding hierboven om alle landschapstypen te bekijken.

De vier landschapstypen vormen puzzelstukjes. Door ze op een strategische wijze in een gebied in te passen, krijg je een goed functionerend geheel.

Diersoorten

Als het watersysteem in balans is, kan de natuur zich herstellen. Ecologische verbindingszones koppelen de leefgebieden aan elkaar. Daardoor zullen de diersoorten die kenmerkend zijn voor een gebied sneller terugkeren en ook minder zeldzaam worden.

Zet het geluid aan voor de beste ervaring 🔊 (maar niet te hard!)

Otter

Roerdomp

Kamsalamander

Boomkikker

Das

Dieren die bedreigd of zeldzaam zijn en die we in Nederland in stand moeten houden, zijn door de Europese Unie als ‘doelsoorten’ vastgesteld. De verschillende soorten ecologische verbindingszones helpen de doelsoorten om zich te verspreiden door het beeklandschap. Zo worden bestaande populaties stabieler en kunnen doelsoorten ook nieuwe leefgebieden bereiken.

Ecologische verbindingzones


Natuur en landbouw lijken tegenwoordig lijnrecht tegenover elkaar te staan. Maar dat hoeft niet! Laten we de bodem en het grondwater centraal stellen en het landgebruik daarop aanpassen. Dan wordt de spons van Brabant weer gevuld en is er voldoende water voor iedereen.

"Tussen droom en daad staan wetten en bezwaren."

Hoe herstellen we het landschap?

Wat is er nodig om de bodem en het grondwater centraal te kunnen stellen? De adviezen hieronder kunnen ons verder helpen.

I - Neem ontwerpprincipes mee bij het opstellen van ruimtelijk beleid.

De voorbeelduitwerkingen van de verschillende landschapstypen in dit rapport vormen een goede basis om ruimtelijke plannen te ontwikkelen voor klimaatrobuuste landschappen.

II - Loopt een beeklandschap door meerdere provincies of zelfs landen? Ga in gesprek met alle partijen.

Waterproblematiek trekt zich niets aan van landsgrenzen. Dat speelt ook in het stroomgebied van Aa of Weerijs. Voor een gezond functionerend systeem zouden de verschillende provincies uit Nederland en België gezamenlijk omgevingsvisies moeten maken.

III - Stimuleer boeren om nieuwe vormen van landbouw toe te passen.

Betaal een boer voor wateropslag op zijn land. Extensief beheerde graslanden of natte teeltvelden kunnen gebruikt worden om water te bergen en het peil te verhogen. Betrek boeren bij de aanleg van houtwallen en bloemrijke akkerranden om de biodiversiteit te versterken.

IV - Neem als overheid een actieve rol in de herverdeling van de grond.

Op verschillende plekken moeten ruilverkavelingen plaatsvinden om tot een klimaatrobuuste inrichting te komen. Om dat voor elkaar te krijgen, moet de provincie of gemeente daarop aansturen. Ze kan bijvoorbeeld het  Groen Ontwikkelfonds  gebruiken om het voor boeren aantrekkelijk te maken hun landbouwpercelen te verkopen.

Begin bij de bodem, dat leidt tot winst voor iedereen!

Deze storymap komt voort uit het rapport " Klimaat-Robuuste Landschappen - Ontwerpend onderzoek naar een gezondere balans tussen bodem, water, natuur & landbouw in het dal van de Aa of Weerijs". In dit rapport zijn uitgebreide uitwerkingen en verdere onderbouwingen te vinden.

Storymap

Peter van Munnen

Kaart en beeldmateriaal

Vic Lagrouw

Een tekort aan water is een probleem voor de boer én voor de natuur

Het landbouwsysteem staat nu op de voorgrond

De bodem en het grondwater nemen hier de centrale plaats in. Zij vormen het fundament en bepalen wat voor planten er groeien en dieren er leven

Stroomgebied van Aa of Weerijs

Ecologische verbindingzones

Veel beken hebben hun natuurlijke staat verloren