
De Botter wordt vlotter
Klimaatstresstest XL Botter 18 & 19
Introductie
Gemeente Lelystad, Waterschap Zuiderzeeland en Hogeschool Van Hall Larenstein slaan de handen ineen om Lelystad klimaatbestendig te maken. In dit onderzoek zijn de straten Botter 18 en Botter 19 onderzocht, voor de opdrachtgevers Gemeente Lelystad en Waterschap Zuiderzeeland. De nadruk ligt in dit onderzoek op het beperken van wateroverlast met het oog op de intensievere buien die het toekomstige klimaat met zich mee brengt. Daarnaast wordt ook hittestress onderzocht.
Het bijzondere aan deze klimaatstresstest is de XL koppeling met de wijk. Vanuit de opdrachtgevers is een integrale oplossing gewenst waarin Botter 18 en Botter 19 niet alleen technisch gezien worden voorbereid op het veranderende klimaat, maar als onderdeel van de integrale oplossing wordt ook gekeken hoe de wijk zelf profiteert van de klimaatadaptatie. De maatregelen worden daarom gekoppeld aan sociale thema's die in de wijk of in het land een rol spelen, met oog voor de omwonenden.
Sfeerimpressie van Botter 18 en Botter 19.
Klimaatverandering Flevoland
Het klimaat in Nederland verandert. Het wordt warmer, droger en natter op hetzelfde moment. Zonder aanpassingen in het straatbeeld zal Nederland hier in toenemende mate last van krijgen. Het veranderende klimaat van Flevoland is in de factsheet van het KNMI en in de onderstaande tekst en link te lezen.
Zo worden regenbuien steeds intensiever: in dezelfde tijd zal in de toekomst meer neerslag vallen. Dit zet het huidige rioolstelsel en het watersysteem onder druk. Als het water nergens meer heen kan blijft het op straat staan. Het gevolg is meer kans op schade, beperking van mobiliteit en hulpdiensten en onderlopende woningen. De mate waarin wateroverlast plaats vindt en hoe veel overlast er is wordt de waterstress genoemd.
Hoewel droogte in de landelijke klimaatverandering een grote rol speelt, is er geen trend waarin droogte in Lelystad vaker, heviger of langduriger zal voorkomen (KNMI, 2014). Dit neemt echter niet weg dat er in de zomermaanden wel sprake is van een neerslagtekort. Flora kan hierdoor in droge zomers moeilijker overleven. Extra aanvulling van water voor planten is daarom belangrijk om een florerende buurt in de zomer te krijgen.
Waterbalans Flevoland. In de zomermaanden is er een neerslagtekort. (KNMI, 2019)
Tot slot wordt het in de zomer ook steeds warmer. Vooral in de stedelijke omgeving heeft dit grote gevolgen voor hoe we hitte ervaren. Grote oppervlakken zijn verhard en geven veel warmte af, er zijn minder bomen die voor verkoeling zorgen dan in de natuur en de warmte blijft in de stad beter hangen. Hoe we warmte ervaren wordt uitgedrukt in hittestress.
Het projectgebied
Ter kennismaking met de wijk kunt u een rondleiding volgen door de straten van het projectgebied om meer te weten te komen over het projectgebied.

Botter 18 - 1
Botter 18 - 1. Click to expand.
Wijk de Botter ligt dicht bij het centrum van Lelystad. De Botter is gebouwd in 1978 (Kadaster, z.d.) en is opgedeeld in twee delen: Botter Oost en Botter West. Het projectgebied ligt in Botter Oost.

Botter 18-2
Botter 18-2. Click to expand.
De straten worden gekenmerkt door de hofjes. Ieder hofje heeft een klein appartementencomplex, een parkeerplaats, groenstrook en aanliggende woningen. Hierbij is te zien dat de drempels van de woning hoog liggen ten opzichte van de straat, waardoor wateroverlast in de woningen niet aanwezig is.

Botter 19-1
Botter 19-1. Click to expand.
Botter 19 heeft twee parkeerplaatsen, waarvan dit de grootste is. Er is een overschot aan parkeerplaatsen in de wijk. Er zijn meer parkeerplaatsen dan geregistreerde auto's. (CBS, 2018) Hierdoor is er overbodig verhard oppervlak.

Botter 19-2
Botter 19-2. Click to expand.
De Botter is een minder welvarende wijk. De helft van de woningen is in het bezit van woningbouwcoöperaties. De meeste inwoners hebben een lager inkomen dan modaal. De buurt heeft een gemixte leeftijdsopbouw. Ten opzichte van de rest van Lelystad wonen er relatief gezien iets minder kinderen in deze wijk. (CBS, 2018)

Botter 19-3
Botter 19-3. Click to expand.
Zoals in de afbeelding hierboven te zien is, ligt de straat lager dan de groenstroken. Dit is in het hele projectgebied het geval. Een groot deel van de straat heeft geen gescheiden verkeersstromen. Daarnaast is er geen verhoogd voetpad en dienen voetgangers gebruik te maken van de weg.

Pleintje Botter 19
Pleintje Botter 19. Click to expand.
Aan de noordzijde van het projectgebied is een pleintje met veel groen. Het fietspad op de afbeelding verbindt de Botter met andere wijken in de omgeving, zoals Tjalk, het centrum en Schouw.
Klimaatstresstest
Als eerste stap in dit onderzoek is de waterstress berekend. Dit is gedaan met 3 verschillende regenbuien: 70 mm in 1 uur, 90 mm in 1 uur en 150 mm in 2 uur. Daarna is de hittestress berekend.
70 millimeter neerslag in 1 uur
Voordat maatregelen onderzocht worden, zijn eerst de knelpunten vastgesteld. Dit is gedaan door de huidige wijk aan een klimaatstresstest te onderwerpen. De eerste stap hierin is een regenbui van 70 mm die in een tijdsbestek van 1 uur valt.
Bij deze bui blijven woningen en tuinen de overlast bespaard. Op de straten staat wel een laagje water. Meestal bedraagt deze laag enkele centimeters, met uitzondering van de parkeerplaatsen in de wijk.
De enige uitzondering hierop is de parkeerplaats centraal in het projectgebied. Deze parkeerplaats gelegen in Botter 19 is zoals eerder al te zien was vrijwel geheel verhard. Daarnaast heeft een deze parkeerplaats een ongunstig profiel waarin water naar de straat toe stroomt. Op en rondom deze parkeerplaats staat het water 25 centimeter of hoger wat de hulpdiensten hindert sommige hofjes te bereiken.
90 millimeter neerslag in 1 uur
Bij een bui met 90 mm neerslag in 1 uur tijd is overal wateroverlast. Het is duidelijk zichtbaar dat de waterstress groter is dan bij de bui van 70 mm neerslag.
In tuinen, op de stoep en bij de huizen zelf kan een laag water tot 5 cm staan. Daarnaast is te zien dat op plekken waar eerst maar enkele centimeters water stond, de waterstress nu is toegenomen. Dit is bijvoorbeeld zichtbaar in de straat naar het parkeerhofje bij Botter 18 en de weg tussen Botter 13 en Botter 19.
Alle parkeerplaatsen hebben plekken waar meer dan 25 cm water staat. De centrale parkeerplaats in het projectgebied staat bijna volledig onder water en hindert zo de doorgang naar het zuidelijke deel van Botter 19 voor hulpdiensten en andere voertuigen.
150 millimeter neerlag in 2 uur
De grootste waterstress ontstaat bij de grootste regenbui: 150 mm in twee uur tijd. In dit scenario, wat maar eens in de 1.000 jaar voor komt, staan grote delen van de straten ver onder water. (STOWA, 2019)
Niet alleen de parkeerplaats in het midden van het projectgebied staat meer dan 25 cm onder water. Op het hoogtepunt staat ook in de uitvalswegen er naar toe meer dan 25 cm water op straat. Dat is zowel zichtbaar bij Botter 13 als bij Botter 18.
Het is daardoor zeer moeilijk voor hulpdiensten en andere voertuigen om tot aan de hofjes te komen en door de wijk rond te rijden zonder hinder te ondervinden van het water op straat.
Stroming richting water op straat
In de naastgelegen kaart is de stromingsrichting te zien van het water op straat. Indien u ver genoeg inzoomt ziet u dat het water van het groen wegstroomt richting de wegen.
Daarnaast wordt er met deze kaart ook duidelijk waarom er op bepaalde plaatsen veel water op straat is. De pijltjes geven aan dat het water uit de omliggende straten daar naar toe stroomt.
Hittestress, gevoelstemperatuur
Naast wateroverlast speelt ook hittestress een steeds grotere rol. Het wordt in de zomer steeds warmer, wat invloed heeft op hoe mensen zich voelen, slapen en werken.
De hittestress is een onderdeel van de klimaatstresstest wat aangeeft hoe warm het op een specifieke plaats in de wijk kan worden. Groen en dan met name hogere struiken en bomen zorgen voor schaduw en verkoeling. Verharding, open velden en donkere kleuren zorgen juist voor opwarming.
Zoals te zien is, zijn de straten in de Botter erg warm en bereiken ze temperaturen van meer dan 45 graden. Zelfs op het grasveldje wordt het erg heet. Door gebrek aan schaduw zal het gras op warme dagen sneller verbranden. Deze grote hittestress wacht ook de meeste tuinen, die deels versteend zijn of niet genoeg schaduw creëren.
Alleen in de hofjes bij Botter 18 en Botter 19, op de parkeerplaats waar meer groen is en bij het fietspad bij de watergang is er voldoende schaduwwerking wat voor de nodige verkoeling zorgt.
Hittestress, relatief
De temperatuur in de stad verschilt veel met de temperatuur buiten de stad. Zoals op de kaart te zien is wordt het vooral veel warmer op de plaatsen waar geen groen aanwezig is.
Op de straten is het vaak 12 tot 16 graden warmer dan buiten de stad. Een deel van de tuinen bij huizen en het plein bij het fietspad worden ook heel warm en ervaren hierdoor een grote hittestress.
Visie
Gezien de sociaal-economische opbouw van de wijk is een aanpak nodig waarin de overheid het voortouw neemt. Buurtbewoners moeten niet individueel belast worden met klimaatadaptatie aan hun woning. Ten eerste niet omdat bewoners van huurwoningen niet de eigenaar van het pand zijn. Ten tweede niet omdat in deze buurt de financiën van bewoners zelf het niet altijd zullen toelaten veel geld uit te geven aan een klimaatbestendig huis. Daarbij moet worden voorkomen dat huizen zo veel verbeterd worden dat de huurprijs te hoog wordt voor de huidige bewoners. Tot slot is de ruimte in de wijk beperkt. Daar moet op slim een slimme manier mee worden omgegaan.
Gemeente Lelystad wil bij de invoering van de visie op de Omgevingswet ook meer kansen bieden voor participatie, gedeeld eigenaarschap en maatschappelijke krachten versterken (Natascha Krömer et al., 2020). Vergaande participatie heeft een positieve bijdrage op de besluitvorming (Derfuss, 2015). De visie voor de scenario's luidt daarom:
''Multifunctioneel landgebruik waarbij de burger eigenaar wordt van (een deel van) de herinrichting van de wijk, waarbij de overheid zich als vereniging gedraagt, de bewoners intensief participeren en mee mogen maar niet mee moeten doen.''
Scenario 1: Het waterplein
Het eerste scenario is een groene scenario. De appartementencomplexen krijgen groene daken en er komt een waterplein met ruimte voor groen. Het waterplein krijgt een aparte inrichting voor parkeren en een hoek voor recreëren voor buurtbewoners. Daarbij zijn er grote groene stroken met struiken die goed zijn voor vlinders, bijen en andere insecten die op hun beurt ook weer diverse vogelsoorten zullen aantrekken. Op die manier kunnen de groene daken het waterplein ook aanvullen door ook daar insectvriendelijke planten op te zetten of bijvoorbeeld bijenkasten en vlinderhotels. Dit houdt in dat de knelpunten worden aangepakt op de plaats waar het water zich verzamelt.
Ontwerp waterplein (niet op schaal).
Het ontwerp is erop gericht dat bij een kleine bui alleen water in de plantenbakken stroomt, die hoger staan dan de rest van het waterplein, maar lager liggen dan het straatprofiel. Dit heeft niet alleen als voordeel dat de infrastructuur zo lang mogelijk droog blijft, maar ook dat de kans op verdroging van de struiken en bomen zo klein mogelijk is.
Bij een normale bui kan er ook water worden geborgen in constructie van het waterplein, waardoor het ook dan functioneel is voor andere doeleinden.
Een slokop tussen het waterplein en de watergang ten oosten van de straat zorgt ervoor dat het waterplein binnen 24 uur van volledig gevuld, bij een zeer intensieve bui, weer volledig leeg is. Het waterplein en de groene daken hebben een positieve invloed op de waterstress. Dit is voornamelijk zichtbaar in Botter 19 en Botter 13, maar ook de wateroverlast in Botter 18 neemt af.
Verschil voor (links) en na (rechts) een bui van 70 mm met een waterplein
Verschil wateroverlast bij 70 mm regen.
Lokaal neemt de waterstress tot 17 cm af. Op de meeste plaatsen is er een daling van 8-10 cm, waardoor de maximale waterstress buiten het waterplein niet meer boven de kritieke grens van 25 cm uit komt.
Een extra voordeel van het waterplein met betrekking tot de wateroverlast is dat er nu een weg naar het hofje bij Botter 19 goed toegankelijk is.
Het is voor buurtbewoners belangrijk dat ze, wanneer het waterplein vol komt te staan met water, hun auto op tijd ergens anders kunnen parkeren. Veel verzekeraars hebben tegenwoordig in hun app een melding dat er een storm op komst is. Op deze manier kunnen buurtbewoners ook tijdig gealarmeerd worden.
Overdag zijn bewoners veelal naar hun werk, een dag ergens naartoe, of op andere plaatsen bezig. De andere parkeerplaatsen in de wijk zijn dan voldoende. Als de storm in de avond is, kan de overheid een uitweg bieden. Het nabij gelegen parkeerterrein van de provincie Lelystad (200 meter afstand) is in de avond en nacht juist leeg, omdat er niet meer gewerkt wordt. Bewoners kunnen hun auto dan daar parkeren.
Het plein bij Botter 19 met de hinkelbaan op de stoep.
De inrichting van het waterplein biedt extra participatiekansen. Tijdens de rondgang door de wijk is er op het pleintje bij Botter 19 (zie rondleiding door de wijk) een kleine hinkelbaan aangetroffen. Een mogelijke inrichting is het plaatsen van bankjes, prullenbakken tegen zwerfafval en een grotere hinkelbaan. De verstening op het andere plein kan dan worden opgeheven.
Een andere inrichting kan middels een participatiebudget gerealiseerd worden. Diverse steden als New York, Porto Alegre (Brazilië) en Lichtenberg (stadsdeel Berlijn) werken met een participatiebudget waarmee bewoners zelf de investeringen in de wijk bepalen tijdens buurtavonden (New York city counil, z.d.).
Bewoners voelen zich hierdoor beter betrokken bij de wijk, elkaar, de politiek en voelen zich hierdoor meer verantwoordelijk (Souza, 2001)
De groene daken kunnen gelijktijdig met groot onderhoud aan de woningen en appartementen gerealiseerd worden. Tijdens het bezoek aan de wijk is geconstateerd dat bij veel woningen muren, schuttingen of kozijnen dringend onderhoud nodig hebben (zie afbeeldingen.) Wanneer de appartementen al onderhoud krijgen veroorzaakt de aanleg van een groen dak zelf minder onderhoud.
Verschil voor (links) en na (rechts) bij het groene scenario.
Scenario 2: Energietransitie
Als tweede scenario wordt een deel van de infrastructuur afgekoppeld. Deze maatregel combineert het vitaliseren van de groenstroken, de energietransitie en klimaatadaptatie. Dit houdt in dat de knelpunten bij de bron worden aangepakt. In dit scenario wordt rekening gehouden met de visie van de gemeente om energie neutraal te worden in 2025. (Natascha Krömer et al., 2020)
Schematische weergave van aangepaste parkeerplaats (niet op schaal).
Zonnepanelen worden als een afdak over parkeerplaatsen aangelegd. Huizen zijn in de wijk laag en parkeerplaatsen liggen in het midden, met de kans om zonnepanelen op het zuiden te richten.
Dankzij deze maatregel valt regenwater niet meer op straat, maar kan het met een regenpijp naar een verlaagde groenstrook stromen. Het voordeel van deze maatregel is dat de huidige functies blijven bestaan en dat deze zichzelf terug betaalt. Net als in scenario 1 worden de daken van de appartementencomplexen voorzien van een groen dak.
Om de buurt te betrekken in de plannen kunnen omwonenden aandelen kopen en krijgen ze rendement van de zonnepanelen uitbetaald. Voor deze constructie is bewust gekozen. De lagere inkomens van bewoners in de Botter maakt het niet voor iedereen mogelijk een dak vol met zonnepanelen te leggen. Daar komt bij dat huurders hier niet altijd zelf de zeggenschap over hebben. Bij deze maatregel kan de gemeente samen met de energiemaatschappij het voortouw nemen om de transitie in gang te zetten.
Met dit scenario neemt de wateroverlast op de straat af, zoals in onderstaande kaarten te zien is. Op de straat zelf staat minder dan 25 cm water. Hulpdiensten en andere voertuigen hebben daardoor vrije doorgang tot de wijk. Op de parkeerplaatsen en in de groenstroken staat nu wel water, vaak met een hoogte tussen de 25 en 30 cm. In deze variant wordt de overlast dus vooral verplaatst naar de minder kritieke delen van de infrastructuur. Ook in dit scenario worden de knelpunten in én buiten het projectgebied opgelost. Indien de zonnepaneel parkeerplaatsen ook in Botter 13 en 17 worden toegepast zal de wateroverlast nog verder afnemen.
Wateroverlast bij een bui van 70 mm voor (links) en na (rechts) de maatregels in scenario 2.
Verschil Energietransitie
Lokaal neemt de waterstress tot 10 cm af. Op de meeste plaatsen is er een daling van 5-10 cm, waardoor de maximale waterstress buiten de parkeerplaatsen en groenstroken niet meer boven de kritieke grens van 25 cm uit komt.
In de groenstroken en op de parkeerplaats kan de wateroverlast wel toenemen. In deze kaart is dit beeld extra duidelijk zichtbaar. Het verschil is extra hoog omdat er, voornamelijk in de groenstroken, door de huidige hoge ligging vrijwel geen water blijft staan. In de nieuwe situatie is dit wel het geval, wat de enorme toename verklaart.
Afweging
De twee scenario's zijn beiden in staat om de klimaatstress in de wijk te verlagen. De groene variant (het waterplein) en de variant voor de energietransitie dragen beide bij aan het verduurzamen van de Botter. Een groot voordeel is dat de scenario's elkaar aanvullen en niet alleen afzonderlijk toegepast kunnen worden. Een andere overeenkomst is dat in beiden scenario's dubbel gebruik wordt gemaakt van de buitenruimte om meerdere functies te bedienen.
De wateroverlast, hittestress en biodiversiteit wordt het meeste teruggedrongen met het waterplein in het eerste, groene scenario. Vanuit dit oogpunt is dit de beste keuze. Het nadeel is echter dat dit een relatief dure maatregel is voor een aantal straten.
Het scenario dat bijdraagt aan de energietransitie is minder effectief in het beperken van wateroverlast en voldoet net. Daar staat tegenover dat dit scenario een stuk goedkoper is. Buurtbewoners meer kunnen participeren en de maatregel zichzelf deels kan terugverdienen. Dat laatste maakt deze maatregel financieel extra aantrekkelijk.
Sfeerimpressie van Botter 18 en Botter 19: aan de rand groot groen/blauw netwerk, in de wijk veel verstening.
Bij de herinrichting van de wijk kan te allen tijden gekozen worden voor een participatie budget. In andere eerder genoemde steden werd het project vaak gestart in minder welvarende buurten. Dit had tot gevolg dat deze wijken zich snel ontwikkelden (Participedia Berlin, z.d.). Het gevolg is vrijwel altijd een beter leefbare buurt met meer betrokken inwoners. Des te meer vrijheid en inspraak bewoners krijgen (uiteraard begeleid door experts en gemeenteambtenaren) des te meer een wijk gaat floreren.
Advies
Als eerste stap worden de groene daken aangelegd. De groene daken zijn goedkoop, snel aan te leggen en ze komen in beide scenario’s voor. Een extra voordeel is dat er zo meteen al een kleine bedrage aan het bestrijden van wateroverlast en hittestress kan worden geleverd. Deze stap kan zoals eerder genoemd gecombineerd worden met (groot) onderhoud aan de appartementencomplexen
Tegelijkertijd kan worden gestart met de buurtparticipatie in de klimaatadaptatie. De verwachting is dat dit, net als in andere steden de eerste keer langzamer loopt omdat het voor buurtbewoners en de overheid een nieuwe methode is. Als blijkt dat er onder buurtbewoners nog te weinig vertrouwen is in dit systeem kan ervoor worden gekozen een ander participatiebudget in te zetten op een ander thema wat voor de buurt speelt als onderwijs, zorg, sociale veiligheid of onderhoud aan woningen. Doordat duidelijker wordt dat de bewoners echt een meebeslissende, meetellende stem voor de herinrichting hebben neemt het vertrouwen, succes en effect van het participatiebudget voor de klimaatadaptatie toe.
Zodra buurtbewoners hebben besloten wat ze graag als extra inrichting van bijvoorbeeld het waterplein willen zien, kan dit verder worden uitgewerkt door de gemeente en het waterschap. Gezien de trends in de klimaatverandering met hevigere buien en de werking van de maatregelen in beide scenario’s is het advies om, indien mogelijk, het waterplein aan te leggen. De extra kosten ten opzichte van het andere scenario wegen niet op tegen de extra voordelen van het beter beperken van wateroverlast en het stimuleren van extra groen in de wijk.
Literatuurlijst
- Centraal Bureau van de Statistiek (CBS). (2018). CBS Stateline Botter Oost. Geraadpleegd op 9 april 2021, van https://opendata.cbs.nl/statline/#/CBS/nl/dataset/83739NED/table?ts=1617988638847
- Klaus Derfuss. (2015). Reconsidering the participative budgeting-performance relation: A meta-analysis regarding the impact of level of analysis, sample selection, measurement, and industry influances. Geraadpleegd op 15 april 2021, van: https://doi.org/10.1016/j.bar.2015.07.001
- KNMI. (2019). Facts en figures voor klimaatadaptatie in de regio Flevoland. De Bild: Koninklijk Nederlands Meteorologisch Instituut (KNMI). Geraadpleegd op 9 april 2021, van https://www.erikzeegers.nl/regio-flevoland/klimaatverandering/
- Natascha Krömer et al. (2020). Ontwerp omgevingsvisie Lelystad. Geraadpleegd op: 15 april 2021, van: https://www.ruimtelijkeplannen.nl/documents/NL.IMRO.0995.SV00005-OW01/d_NL.IMRO.0995.SV00005-OW01.pdf
- New York city counsil. (z.d.). participatory budgeting. Geraadpleegd op 9 april 2021, van Participatory Budgeting in New York City: http://ideas.pbnyc.org/page/about
- Participedia Berlin. (z.d.). Participatory Budgeting in Berlin-Lichtenberg. Geraadpleegd op 9 april 2021, van: https://participedia.net/case/12
- Souza, C. (2001). Participatory budgeting in Brazilian cities: limits and possibilities in building democratic institutions. Department of the School of Public Policy, University of Birmingham. Birmingham: Environment & Urbanization. Geraadpleegd op 9 april 2021, van: https://doi.org/10.1177/095624780101300112
- STOWA. (2020). Standaarden voor de stresstest wateroverlast (herzien o.b.v. nieuwe neerslagstatistieken 2019). Geraadpleegd op 9 april 2021, van: https://www.google.nl/url?sa=t&rct=j&q=&esrc=s&source=web&cd=&ved=2ahUKEwiAg-2k2_HvAhV3hf0HHbBJDUUQFjAAegQIAxAD&url=https%3A%2F%2Fklimaatadaptatienederland.nl%2Fpublish%2Fpages%2F156667%2F200407_notitie_standaarden_stresstest_wateroverlast_-_statistiek_2019.pdf&usg=AOvVaw2RISRh5iDdfOaxkhitcVLt